de eilander
Tergend langzaam gleed het jacht de Waddenzee‑jachthaven binnen. Op de plecht stond een fors gebouwde dame quasi professioneel loodswerk te verrichten. Met nerveuze hand‑ en voetgebaren gaf zij de eveneens fors gebouwde roerganger aanwijzingen. Beiden waren gehuld in de allernieuwste exclusieve, sportieve bootkleding. Met behulp van walkanters kon na enige tijd worden afgemeerd.

Het schitterende jacht trok veel bekijks. De prachtig en tevens functionele vormgeving van het uiterlijk verried de grote klasse van het jacht. Ruim dertig meter lang en uitgerust met de meest geavanceerde, moderne apparatuur op het gebied van navigatie en vaarbeheersing.
Het gedrag van de twee, uit Duitsland afkomstige echtelieden, deed vermoeden, dat beiden alle fijne kneepjes van het varen tot in de puntjes onder de knie hadden. De belangstelling voor hun vaartuig en voor henzelf streelde duidelijk hun trots. Toen de belangstelling iets was afgenomen verlieten beiden het jacht voor een bezoek aan het dorp. Zij behangen met een grote hoeveelheid gouden sieraden en kettingen en gestoken in de laatste mode uit Parijs. Hij gekleed in een zeemanstenue, waar zelfs een marine‑admiraal jaloers op zou kunnen worden.
Bij de havenmeester
Na ruim vijf uur keerden zij terug naar de jachthaven. Bij het aanschouwen van de haven sloeg bij mevrouw zichtbaar de schrik om het hart. De ogen werden groot en de mond viel open. Ook meneer leek zichtbaar onthutst van de aanblik. (tekst gaat verder onder de advertentie)
Zo snel als de benen hun konden dragen begaven zij zich naar het kantoor van de havenmeester. Deze stond rustig voor de deur, kauwend op een pas gedraaide sigaret, die nog niet was aangestoken, zijn ogen tuurden over het wad. Geheel buiten adem begon de vrouw, happend naar lucht, haar ontsteltenis aan de havenmeester kenbaar te maken.
“Wo ist das Wasser gebleben”, vroeg zij wijzend naar het drooggevallen wad.
Inwendig gierend van het lachen, maar uiterlijk in alle ernst, zei de havenmeester: “Tja?…..”.
“Kommt es wieder”, onderbrak de vrouw, die de wanhoop nabij leek. Van de zo professioneel lijkende zeevrouw was niet veel meer over.
“Eh, ja het komt wieder”, antwoordde de havenmeester ernstig.
“Und when?”
“Tja, wie soll het zeggen”, zo zei de havenmeester in alle rust,”soms duurt es een paar stunde, soms een paar tage, eine woche of lenger”.
An die arbeit.

Beide echtelieden sloeg de schrik nu geheel om het hart. Ze hadden de grap van de havenmeester niet begrepen.
“Och nein,……und mein Mann muss Montag wieder an die Arbeit”, schreeuwde de vrouw, de handen in het haar en het hoofd neergebogen. Voor manlief was het blijkbaar gewoon, dat mevrouw het woordvoeren geheel voor zich opeiste, want hij keek alleen geschrokken, maar zei niets.
Nu ook vond de havenmeester het toch tijd worden de beide quasi zeelieden attent te maken op één van de belangrijkste kenmerken van de Waddenzee, …eb en vloed.
Geschreven door gast blogger “De Eilander”
Leuk verhaal? Laat hieronder dan een reactie achter.
Nog zin om te lezen? Lees dan de vorige blog “Opgeruimd staat netjes”, de volgende blog “Wij loomden een armband“of kijk in het overzicht voor meer leuke verhalen. Wil je dat jouw vrienden dit ook lezen? Delen is makkelijk via de knoppen hieronder

Uit het niets komen ze tevoorschijn, als er op de terrassen maaltijden worden opgediend. Meeuwen. In getallen, zoals men dat verwacht achter vissende vissersboten. Als aasgieren op een kadaver, maken zij cirkels en duikvluchten boven de tafels. Tafels alwaar juist de bestelde maaltijden zijn opgediend. Terwijl hun soortgenoten op de dakrand, de terrasramen, de parasols en de naast gelegen lege tafels paraat staan om toe te slaan.
Als ware militaire vliegtuigen bombarderen zij ongegeneerd de gasten op het terras met hun uitwerpselen. Alfred Hitscock zou, bij leven, zo een vervolg op de beroemde horrorfilm Birds kunnen maken.
Geen rust door de meeuwen.
Van rustig, gezellig genietend eten is dan plots geen sprake meer. Kinderen reageren zeer angstig op de krijsende laag vliegende, soms nep aanvallen op de gevulde borden uitvoerende vogels. Ouderen houden angstvallig hun etenswaar in de gaten. Beducht op een niet gewenste kwak in of diefstal van etenswaar uit het bord.
Van tijd tot tijd weten de vliegende steeds brutaler wordende rovers zelfs iets van hun gading te bemachtigen als de gast even niet oplet of de tafel verlaat.
En zoals zij gekomen zijn, zo zijn zij ook weer verdwenen. Verdwenen als er geen etenswaar meer op het terras is te vinden. Uit het niets verschijnen zij, in het niets verdwijnen ze weer, om bij de volgende ronde weer op te duiken. (Verhaal gaat verder onder de advertentie)
Bescherming van de meeuwen
Een ware plaag is het geworden, die verschillende soorten zeemeeuwen. Beschermd door allerlei wetten e.d. is het aantal dusdanig gegroeid. Het vinden van voldoende voedsel in de natuurlijke omgeving vrijwel onmogelijk is geworden om al die snavels te vullen. Na het wegkapen van vele jonge eendenkuikens in het voorseizoen zijn nu de verschillende terrassen in en buiten het dorp hun ‘jachtterrein’ geworden.

Bescherming van deze vogelsoort met z’n mantel- en kapmeeuwen. Dat lijkt een averechts effect te hebben op het eigenlijke doel van die bescherming. Velen ergeren zich al jaren aan de enorme roofzucht naar voedsel van deze dieren. Roofzucht waardoor andere vogelsoorten in hun voortbestaan sterk bovennatuurlijk worden uitgedund. Zoals bijvoorbeeld de eendenkuikens, waar slechts een bijzonder klein percentage zal uitgroeien tot volwassen eenden. De bergeenden in het bijzonder. Eens, zo verzekeren de biologen, komt de tijd dat de meeuwen door natuurlijke zelfregulatie weer een normaal aanvaardbare populatie zullen vormen. Doch niet gesproken wordt over de schade aan andere diersoorten en hun voortbestaan. Ook niet over de groeiende overlast, die de mens hiervan gaat ondervinden of reeds ondervindt. Het lijkt er op dat op verschillende plaatsen de meeuwen de plek hebben ingenomen van de traditioneel aanwezige huismussen.
Geschreven door gast blogger “De Eilander”
Leuk verhaal? Laat hieronder dan een reactie achter.
Nog zin om te lezen? Lees dan de vorige blog “10 leukste huisdierenfoto’s”, de volgende “gegrild” of kijk in het overzicht voor meer leuke verhalen. Wil je dat jouw vrienden dit ook lezen? Delen is makkelijk via de knoppen hieronder
Een van de voornaamste bezigheden van de jeugdige vakantiegasten was een bezoek aan de plaatselijke disco. Tot in de late uurtjes en soms zelfs nog langer, vierde de jeugd in grote getale feest op de harde muziek, house, rap, disco, hiphop enzovoort van de gevierde populaire muziekgroepen, moderne zangers en zangeressen uit alle windstreken van onze aardkloot. Ook het maken van liefdesnestjes was zeer gebruikelijk.
Niet zelden vinden tijdens deze avonden interessante ontmoetingen plaats. Ontmoetingen, die in de loop van nacht worden bezegeld met het elkaar overladen van de meest uiteenlopende liefdesuitingen. Van tijd tot tijd monden deze uitwisselingen van genegenheid uit in een dringende behoefte aan een intense vrijpartij.
En dan komen de eerste problemen om de hoek kijken… waar doen we het ? Voor velen is toch de meest traditionele plaats, het bed, de aangewezen omgeving voor deze vorm van een innig samenzijn. Doch anderen kiezen om diverse redenen minder voor de hand liggende plaatsen en maken hun eigen liefdesnestjes.

Brandnetels
Zo bemerkte Kees, toen hij in de vroege morgenuren een begin wilde maken met het verwijderen van een zich steeds verder uitdijende bossage van brandnetels op een deel van zijn tuin. Te midden van deze brandnetels trof hij een ware hoeveelheid liefdesnestjes aan. De brandnetels waren platgelegd en blijkens een achtergebleven rubber was niet moeilijk vast te stellen, welk een activiteit hier had plaatsgevonden. (Verhaal gaat verder onder de advertentie)
Jachtopziener niet blij met de liefdesnestjes.
Dat de nood soms wel erg hoog kan zijn bemerkte ook de jachtmeester, toen hij op het door hem beheerde landgoed een jong, bijzonder schaars gekleed paartje in de meest intieme vorm van het samenzijn aantrof. Geheel in overeenstemming met zijn taak wees hij het mannelijk deel van het stel op het feit, dat betreding van deze grond strafbaar was gesteld. Vervolgens verzocht hij hen het landgoed te verlaten en het liefdesnestje te ontruimen.
Terwijl de jachtmeester zijn verhaal afstak onderbrak de jongeman geen enkele ogenblik zijn bezigheid. Dit tot zicht- en hoorbaar genoegen van de dame onder hem. De jongeman pauzeerde even, nadat de jachtmeester was uitgesproken en sprak tot diens verbijstering de woorden; “Oké, we gaan zo, even dit afmaken”.
Bossages zijn ook gewilde plek voor liefdesnestjes.
Vlak bij de dancing bevond zich bossage met slecht groeiend struikgewas. Dit laatste was vooral te wijten aan het feit, dat de bossage met enige regelmaat als fietsenstalling diende voor de barbezoekers. Een jong stel had deze plaats zonder enige schroom gekozen voor het bedrijven van de liefde. De in de bossage gestalde fietsen schenen geen belemmering op te leveren. Tijdens de vrijage werden door andere barbezoekers hun tweewielers opgehaald. Natuurlijk bleven opmerkingen in de richting van het parende stel niet achterwege. Onverschrokken ging het stel echter verder. Opmerkingen en vragen, zoals ‘lukt het een beetje?’ werd door hen keurig beantwoord, zonder ook maar even de vrijpartij te onderbreken.
Dit relaas zou nog oneindig kunnen worden voortgezet met soortgelijke voorvallen. Bovenstaande is weer een duidelijk bewijs, dat brandende liefde zich soms op de meest vreemde plaatsen laat beantwoorden. in liefdesnestjes.
Geschreven door gast blogger “De Eilander”
Leuk verhaal? Laat hieronder dan een reactie achter.
Nog meer zin om te lezen? Lees ook de vorige blog “Trauma TV”, de volgende blog “Meeuwen” of kijk in het overzicht voor meer leuke verhalen. Wil je dat jouw vrienden dit ook lezen? Delen is makkelijk via de knoppen hieronder.
Het grootste attractiepark van Europa
1993 – ‘Het grootste attractiepark van Europa’. ‘Het leukste dagje uit van Europa, een wereld voor jong en oud, vol fantasie, avontuur en plezier’. Aldus presenteerde het attractiepark De Efteling te Kaatsheuvel zichzelf.
De niets aflatende directe en indirecte (via bijvoorbeeld tv programma’s) reclame maken je er telkens op attent, dat dit park opnieuw is uitgebreid met nieuwe, nog spectaculairdere attracties en bezienswaardigheden. En is het niet die vorm van reclame, dan zijn het wel je kinderen die je er gaarne op attent maken, dat het eens tijd wordt een bezoek aan het park te brengen. Op een zeker moment is de menselijke nieuwsgierigheid zo groot geworden, dat men er zelf eenvoudig ook niet meer onderuit kan komen.
September. Nu zal het wel niet zo druk zijn
En dan………op een zaterdagmorgen midden in de maand september, de drukke vakantieperiode achter de rug, vroeg in de auto. En ruim tweehonderd kilometer voor de boeg op naar het Brabantse land. Onderweg wordt nog even een tankstation bezoek om zodoende ook de altijd dorstige motor van ons vervoermiddel van voldoende brandstof voor deze reis te kunnen voorzien. Tot je grote schrik bemerk je dan, dat de literprijs opnieuw is gestegen. Als gevolg van de ‘Golf-crisis’ kost een litertje benzine al bijna twee gulden. De oliehandelaren lijken garen te spinnen bij de agressie van Iraaks president Saddam Hussein. Voor 33 liter, een paar blikjes frisdrank en vier broodjes moet bij het tankstation, dan reeds de eerste vijfenzeventig gulden worden achtergelaten.
Met vrijwel constant honderdtwintig op de teller glijden de kilometers snel onder de banden door. Het wegenplan, in het volgens de politiek met auto’s overvolle Nederland, lijkt op deze weekenddag toereikend genoeg te zijn voor het intensieve gebruik van onze ‘heilige koeien’ op vier wielen.
De aangekondigde strengere controle op de maximum snelheid ten spijt, wordt je constant ingehaald door medeweggebruikers, die meer haast lijken te hebben dan wij.
En dan, ‘Afslag Raamsdonkveer tijdelijk afgesloten volg de N 100’. Maar helaas onze bekendheid in deze omgeving is van dien aard, dat de alternatieve afslag wordt gemist. Geen probleem zo blijkt uit een korte blik op de Falkplankaart, dan maar langs Breda via Tilburg. Een ommetje van pakweg zo rond de vijfentwintig kilometer en een tijdverlies van ongeveer twintig minuten. Maar dat mag de pret niet drukken, was de algemene stemming ‘aan boord’. (Verhaal gaat verder onder de advertentie)
We zijn bijna bij de Efteling
Deze stemming werd alras gedrukt, toen bleek dat ook in deze route werkzaamheden aan de wegen werden uitgevoerd. Hierdoor ontstond op de vierbaansweg richting Tilburg filevorming. En ja hoor, wij belandden dan ook weer alras in het midden van een lange file. Twintig minuten stoppen, optrekken, stoppen, stapvoets rijden met een maximum van twintig kilometer viel ons en onze mede ‘filisten’ ten deel. En dan gelukkig einde file, even de voet zwaar op het gaspedaal. ‘Afslag Tilburg, Kaatsheuvel, Efteling’, maar anders dan de wegenkaart van Falkplan lijkt aan te geven, voert deze weg niet om de stad maar door de buitenwijken van Tilburg. Veertien stoplichten lijken allen de opdracht te hebben gekregen ons te pesten. Rood, Rood en nog eens Rood. Slechts de stoplichten bij de rotonde, waaraan de Bolletje Beschuitfabriek staat, hadden het goed met ons voor. Groen. Voor ons ligt de vierbaansweg richting Kaatsheuvel open.
We zijn er nu bijna, houden wij onze kinderen, naar beste weten voor.
FOUT !!!
Nauwelijks twee minuten na het ronden van de rotonde….. een file. Weer gaan wij stapvoets voort, gissend naar de oorzaak van dit nieuwe obstakel in ons reisplan naar de Efteling. Ongeveer vijfentwintig minuten later, na afstand van ten hoogste vijf kilometer te hebben afgelegd, laat een immens groot ANWB-bord ons weten dat na 600 meter de afslag Efteling zal worden bereikt. En ruim tien minuten later blijkt, dit nog waar te zijn ook. Nu ook kunnen wij vaststellen, wat de reden van deze dubbelrijige file was: bezoekers van de Efteling.
Weer schoven wij verder, maar nu op naar het parkeerterrein van het park. We naderden ons doel.
Bijna twee uren later dan op redelijke gronden door ons was berekend waren we gearriveerd. Wij passeerden na betaling van vijf gulden parkeergeld en eenentwintig gulden entreegeld, de poorten van het park.
Europees grootste attractiepark.
Duizenden anderen, waaronder velen uit andere landen, hebben duidelijk hetzelfde gedacht als wij. “In september zal de grootste drukte wel over zijn”. Niet dus!
Eerst even iets eten in de Efteling
Het is ongeveer half een als onze magen laten weten enige brandstof te willen hebben. Eetgelegenheden te over, zo maakt de plattegrond ons duidelijk. Maar overal lange rijen eveneens vreetlustige mensen. Zonder overdrijven wordt de gemiddelde wachttijd geschat op ruim een half uur. Dus laten wij onze magen maar even knorren.

Het Westerpark in, alwaar de Fakir nog steeds op zijn vliegend tapijt heen en weer vliegt. Het mooie sprookjesbos (het oerbegin van het park) met langnek en andere sprookjesfiguren zijn te zien. De Indische waterlelies op muziek ontluiken en de lichtgeraakte draak zijn vuur spuwt. Nieuw in dit deel waren voor ons de holle boom met zijne koninklijke hoogheid Koning Trol, die de goegemeente even toesprak. Langs de dansende schoentjes het Zuiderpark ingelopen om de Fata Morgana (nieuw voor ons) te bezoeken. De eigenlijke reden van ons tweede bezoek aan de Efteling, die wij in 1982 ook al eens bezochten.
Bij een worstebroodjestent was het even rustig, het waarom van deze rust werd ons na de aanschaf van een viertal van die broodjes al snel duidelijk. Ze waren duur en ook nog onsmakelijk. (Verhaal gaat verder onder de advertentie)
Weer in de rij.
De Fata Morgana dan maar. Voor de ingang stond reeds een rij wachtenden, waarop menige slager of bakker jaloers zou worden. Halverwege de rij stond een bord. ‘Vanaf hier een wachttijd van 40 minuten’. Na vluchtig schatwerk en rijp beraad wordt besloten niet nog eens ruim tachtig minuten in een menselijke file te gaan staan.
Zoonlief stelde voor dan maar een ritje te maken met de bobslee. Daaraan gekomen, moesten wij opnieuw vaststellen, dat ook hier op een wachttijd van meer als veertig minuten moest worden gerekend. De mens laat in zo’n park maar weer eens zien, dat zij een echt kuddedier is. Zij staat rustig een uur in de rij te wachten. Wachten om van een attractie gebruik te mogen maken, die minder dan twee minuten duurt. Opnieuw lieten de magen weten dat enige aanvoer van brandstof zou worden gewaardeerd. De zoon offerde zich op, om de etenswaren te gaan halen. Na ruim vijfendertig minuten komt hij terug met een aantal bakjes met half rauwe, in te oud vet gebakken patat, frikadellen en frisdrank. Dit alles tegen de niet geringe prijs van bijna twintig gulden. Hongerige magen kun je er echter wel met vullen of het nu smaakt of niet.Ruim veertig minuten werden besteed om te wachten op een rit met de Reuzenpython. Deze achtbaan doet de juist gevulde maag doet draaien.
Pagode

De lol om andere attracties te bezoeken was enigszins weggeëbd, door de lange rijen wachtenden overal. Maar de Pagoda trok toch met zijn hoogte en daarmee de ruime uitkijk mogelijkheden over het Brabantse land, onze aandacht. Als makke schapen schaarden wij ons de rij wachtenden, om na ruim veertig minuten wachten, drie minuten te kunnen genieten van het uitzicht. Het Carnavalfestival van Joop Geessink en Monsieur Cannibale lieten wij maar links liggen, omwille van de tijd. Wel brachten wij een bezoek aan het Land van Laaf, waar het volk van Laaf ons een kijkje liet nemen in hun doen en laten. Prachtig in een woord en …..geen wachttijden!!
Na een laatste bezoek aan de toiletten werd de thuisreis weer aangevangen. Wij hadden bijna zes volle uren in de Efteling doorgebracht en toch weinig gezien. Al snel berekenden wij onderweg, dat wil je aan alle attracties deelnemen, je minimaal het viervoudige aan uren nodig hebt. Zelfs in de maand september.
Ja, een ervaring rijker en ruim tweehonderdvijfentwintig gulden armer, kwamen wij weer thuis en zagen ‘s avonds op de televisie naar de TROS, die hoogtepunten uit zond van haar zomerprogramma Ter Land, Ter Zee en in de Lucht, dat was opgenomen in …………… de Efteling.
Geschreven door gast blogger “De Eilander”
Leuk verhaal? Laat hieronder dan een reactie achter.
Nog meer zin om te lezen? Lees ook de vorige blog “sJanssen en dansen; De horeca betaalt”, de volgende blog “Trauma TV” of kijk in het overzicht voor meer leuke verhalen.

Het weer was zoals de doorsnee vakantieganger het zichzelf zo gaarne toewenst. Zon, aangename temperatuur, weinig wind. Opgeruimd staat netjes.
Enkele honderden toeristen bevolkten deze mooie dag dan ook het strand, het natuurgebied en de straten van het toeristisch georiënteerde dorpje. De plaatselijke middenstand voer er wel bij. Zichtbaar duidelijk tevreden hoorden de ondernemers het veelvuldig gerinkel van hun kassa’s aan.
Op de diverse terrassen was vrijwel geen enkele stoel meer onbezet. De cafetaria’s, cafés en snackbars in het pittoreske dorpje puilden bijna uit met gasten die de inwendige mens even wilden versterken, een ijsjes of een drankje wilden nuttigen. De meesten namen als zij het door hen gewenste hadden bemachtigd de waar mee naar buiten, om het op straat, in de berm of op de schaarse bankjes tot zich te nemen. De Nederlander typeert dit met het begrip: gezellige drukte.
Gedragen op de sterke schouders van een jongeman
Iedereen leek te genieten van deze toch wel uitzonderlijk mooie dag. Van tijd tot tijd werd de sfeer, die uitging van deze drukte doorklieft met een oorverdovend lawaai. Lawaai geproduceerd door zogeheten soundblasters van bijna extreme afmetingen. Gedragen op de sterke schouders van een jongeman, die zich wist omringt door enkele soortgenoten. Het volume van het voortgebrachte geluid deed het ergste vrezen voor de toekomst van jongemans gehoor. De hoeveelheid decibels was van dien aard, dat slechts met moeite hieruit het geluid van muziek kon worden vastgesteld. Muziek overigens die met een lager volume zeer zeker meer tot zijn recht zou zijn gekomen. Daar de jongelui tot het mobiele soort bleken te behoren en weer verder trokken verstomde het geluid alras. Zodat een ieder na een korte verstoring van de rust weer op een prettige wijze zijn dag van genieten kon voortzetten. Opgeruimd staat netjes. (Verhaal gaat verder onder de advertentie)
Afval

Maar aan alles komt een eind en dus ook aan een dagje uit. Tegen zevenen was de rust in het dorpje weer terug op het oude niveau. Tijd voor de ondernemers om hun zaken weer op orde te brengen voor de komende dag en de tussenstand op de kassa af te lezen. Om afvalbakken te legen, die rondom hun bedrijven waren gesitueerd. En het afval, dat in zeer grote hoeveelheden -de veelheid afvalbakken ten spijt- argeloos op straat was gedeponeerd.
Bij het zien van de veelheid van het onverschillig weggeworpen afval -in veel gevallen binnen één meter van een afvalbak- gaat men onwillekeurig zich afvragen, hoe het er thuis bij diegenen die het afval achterlieten, uitziet. Maar daar zal het vast wel netjes zijn.
“Laat niet als dank” is voor velen schijnbaar nog een onbekend begrip.
Opgeruimd staat netjes.
Geschreven door gast blogger “De Eilander”
Leuk verhaal? Laat hieronder dan een reactie achter.
Nog meer zin om te lezen? Lees ook de vorige blog “Zes bier”, de volgende blog “Betalen om te schieten. Dat gebeurt.” of kijk in het overzicht voor meer leuke verhalen.

Een groepje, als stevige drinkers uitziende lieden, hadden zich laten zakken op de barkrukken aan de fraaie eikenhouten bar van het plaatselijk etablissement in de vakantieplaats. Geen van de heren reageerde op de vriendelijke begroeting van de barman. O, ja slechts één. Hij knikte onverschillig in de richting van de barkeeper. Het pakje sigaretten werd zorgvuldig te voorschijn gehaald en naast een leeg bierviltje gedrapeerd.
Eén van de heren wierp zich terstond op als woordvoerder van het hele stel. Meer lettend op de antieke bierpomp en het vrouwelijk schoon rond de bar, dan op de barkeeper, zei hij de man onverschillig: “Zes bier”.
Schijnbaar in zijn wiek geschoten over het onvriendelijke gedrag, zei de barkeeper schertsend: “Acht bier”.
“Nee, zes”.
“Zeven bier, meneer?”
“Zes”, zei de man nu enigszins geïrriteerd en enkele binnensmondse vloekwoorden hieraan toevoegend.
Zes bier, alstublieft
Eén van de andere leden van het gezelschap doorzag schijnbaar de situatie en zei tegen de barkeeper: “Zes bier, alstublieft”. (Verhaal gaat verder onder de advertentie)
“Ooo”, zei de barkeeper schijnheilig, “waarom zegt U dat dan niet meteen”.
In een mum van tijd stonden er zes goudgele wit gekraagde ‘jongens’ voor de heren. De heren hadden de boodschap wel goed begrepen. Ze bleven tenminste tot sluitingstijd en voegden telkenmale lachend het woordje ‘alstublieft’ toe aan hun bestellingen in de richting van de barkeeper. Ook deze gedroeg zich nu heel anders en werd mede de reden, dat de zes heren een uitstekende en gezellige avond hadden.
Ook de volgende avond verschenen zij weer in het etablissement en begroetten de barkeeper nu met een welgemeend ‘goedenavond’. Gedurende de vakantieperiode werd het zestal echte stamgasten.
Geschreven door gast blogger “De Eilander”
Leuk verhaal? Laat hieronder dan een reactie achter.
Nog meer zin om te lezen? lees ook mijn vorige blog “Mensenleven is een herhaling in ontwikkel stadia” , de volgende pagina “Opgeruimd staat netjes” of kijk in het overzicht voor meer leuke verhalen.